Stel je voor dat je een schilderij van Monet tegenover je bed hebt hangen. Iedere ochtend als je wakker wordt, is dat fleurige, gemoedelijke, lichte landschap het eerste dat je ziet. Stel je nu voor dat je De Schreeuw van Edvard Much tegenover je bed hebt hangen. Of een storm van Turner. Of de Absinthe drinker van Picasso. Je kunt je waarschijnlijk wel voorstellen dat je dag dan nét even een beetje anders begint. Het lijkt misschien een korte, vluchtige indruk, zo weer vergeten in de drukte van alledag. Maar kleuren, vormen en beelden laten een diepe indruk achter. In deze blog vertel ik meer over de invloed van kleuren, vormen en beelden op kinderen en hoe je dit kun toepassen in de kunstzinnige en emotionele opvoeding van je kind!
De kracht van kunst
We gaan weer even terug naar die Monet. Laten we net doen alsof je de waterlelies in huis hebt hangen aan de ene muur en ‘Black Lines’ van Wassily Kandinsky aan de andere muur. Het ene schilderij heeft een natuurlijk kleurenpalet, beeldt de rust en stilte van de natuur uit en hoewel er veel beweging in het schilderij is aangebracht, schreeuwt het je niet toe. Je zou er (in theorie hè, want hallo het is een Monet) zo voorbij kunnen lopen gedurende de dag, zonder dat het schilderij je stoort in je dagelijkse bezigheden. Op de achtergrond geeft het een bepaalde rust mee, in je handelen, in je gedachten, in je gevoel. Kandinsky’s schilderij, aan de andere kant, daar kun je niet zomaar omheen. Het roept je van alle kanten toe: drukke bewegingen – rond, recht, spits, lang, kort, gebogen en hoekig dwars door elkaar heen – en felle kleuren, grenzen en onderbrekingen. Net als naar een Monet, kun je natuurlijk blijven kijken naar een Kandinsky. Zijn werk is magisch. Maar het doet iets anders met je. Als je hier iedere ochtend mee wakker wordt, geeft dat een hele andere toon aan de dag. Zoek deze twee schilderijen eens op en bekijk ze rustig. De invloed van kleuren, vormen en beelden zal dan al wat duidelijker zijn!
De invloed van kleuren, vormen en beelden
Kunst is enerzijds heel subjectief: we vinden iets mooi, of niet. Of iets daar tussenin. Of we voelen er niets bij. Maar de waarnemer vindt er iets van. Anderzijds is kunt ook heel objectief. Bepaalde vormen, kleuren en beelden doen iets met je ziel. Een ronde vorm voelt zachter, dan een hoekige vorm. Een punt is anders dan een buiging. Een felle kleur rood geeft een ander gevoel dan zacht blauw of zacht roze. In je huis houd je daar misschien (onbewust) al rekening mee. In de kinderkamer heb je misschien voor zachte kleuren en ronde vormen gekozen. Er zullen weinig mensen zijn die de babykamer op dezelfde manier hebben ingericht als hun vroegere tienerkamer of studentenkamer. Ook beschermen we onze kinderen voor bepaalde beelden. Op televisie, op straat, in de krant: voor sommige beelden willen we ze afschermen, om ze te beschermen.
Warme kleuren en koude kleuren
De klassieke regenboog kleuren zijn rood, oranje, geel, groen, blauw en paars. Deze zijn gemaakt met de 3 primaire kleuren: rood, blauw en geel. Met deze 3 kleuren kun je de andere 3 kleuren maken. De regenboog heeft een warme kant en een koele kant. Warme kleuren zijn rood, oranje en geel. Koele kleuren zijn groen, blauw en paars. Warme kleuren hebben een meer activerende werking, koele kleuren een meer ontspannende werking. De invloed van kleuren op de mens is heel groot. Stel je maar eens voor dat het bos waar je graag doorheen loopt, knalrood is in plaats van groen. Zou het dan net zo ontspannend zijn? En aan welke kleur denk je bij de zomer? Waarschijnlijk een lichte, warme en uitbundige kleur, zoal geel – de kleur van de zon. Bij de winter lijkt blauw (ijzig lichtblauw of duister donkerblauw) of donkerpaars veel eerder van toepassing. Een veel rustigere, meer statige kleur, die past bij de inkeer van de winter.
Kunst als genezing
Je kunt je dus voorstellen dat bepaalde beelden, kleuren en vormen minder geschikt zijn voor kinderen, omdat ze een negatieve impact hebben op hoe ze zich voelen. Dan kun je je ook voorstellen dat het tegengestelde ook waar is: dat bepaalden kleuren, vormen en beelden een positieve impact hebben op de ziel. Dan betreed je het gebied van de Kunstzinnige Therapie. Bij deze vorm van therapie werken beelden, kleuren, vormen en materialen (zoals klei, verschillende soorten verf en verschillende soorten tekenmaterialen) in op een mens. Dat kan “passief” door, zoals ik in de inleiding schreef, te kijken naar bepaalde kunstwerken. Maar ook actief, door zelf aan de slag te gaan met bepaalde kunstzinnige technieken en de invloed van kleuren, vormen en beelden op deze manier te gaan ervaren.
Nat in nat schilderen en vormtekenen
In de artikelen die ik schreef over nat in nat schilderen en vormtekenen ging ik hier al een beetje op in. De ene techniek heeft een andere werking op een kind, dan de andere. Even kort gezegd heeft nat in nat schilderen een meer rustgevende, dromerige werking en vormtekenen een meer activerende, wakkere werking. Dat is heel kort gezegd, want vormtekenen werkt bijvoorbeeld voor veel mensen ook heel rustgevend. Maar dan meer in het hoofd: het brengt je drukke gedachtenwereld even in harmonie.
De invloed van kleuren, vormen en beelden toepassen in de kunstzinnige en emotionele opvoeding
Hoe kun je deze informatie nu toepassen thuis, in de kunstzinnige en emotionele opvoeding van je kind? Het begint bij jezelf. Bij je eigen kunstzinnige ontwikkeling en gevoel voor kleuren en vormen. Blader door kunstboeken heen (altijd te vinden in kringloopwinkels), ga naar een museum en probeer vanuit je nieuw verworven perspectief stil te staan bij en te kijken naar de kunstwerken. Welke invloed hebben de kleuren en vormen op je? Wordt je er rustig van of juist ongemakkelijk? Ervaar je het als “druk” of juist rustgevend? Vind je de orde fijn of leef je op bij de door de schilder gecreëerde chaos? Beweeg je lekker mee met de ondoorbroken en dansende lijnen en voelt het onbevredigend als de lijnen abrupt stoppen? Of ga je wel lekker op de onvoorspelbaarheid en de spanning van een abstract schilderij? Schrijf je bevindingen op.
Kijk naar je kind
Laat vervolgens jouw eigen gevoelens even los en observeer je kind. Dat kan gewoon in de dagelijkse praktijk. Als het zit te spelen, tegen je kletst, aan het rennen is buiten, met een ander kindje speelt, op het schoolplein bezig is en jij kijkt stiekem nog eventjes toe, als het met een dikke tantrum op de grond ligt te dweilen of als je partner aan het voorlezen is. Het kan ook als je kind er even niet is of ligt te slapen. Ga rustig zitten, doe je ogen dicht en roep het beeld van je kind in gedachten op. Hoe beweegt het, wat zegt het, waar heeft het last van, waar vraagt het om, wat heeft het nodig? Neem die laatste vraag – wat heeft mijn kind nodig? – mee de nacht in. Als je de volgende ochtend wakker wordt, schrijf je het allereerste antwoord dat in je opkomt op. Als je deze oefening lastig vindt, bespreek dan met je partner of een goede vriendin wat zij zien. Soms ben je zo nauw met je kind of met zijn/haar gedrag verbonden dat het lastig is om vanaf een afstandje naar je kind te kijken.
Voorbeelden van kunstzinnige oefeningen met kleuren, vormen en beelden
Kunstzinnige therapie is geen paracetemol. Er is geen “one size fits all” remedie. Als je kind echt vastloopt in bepaalde ontwikkelingsvraagstukken of jij vastloopt in bepaalde opvoedingsvraagstukken, raad ik je aan om eens te kijken of kunstzinnige therapie – bij een erkende kunstzinnige therapeut (aangesloten bij de NVKT) – iets voor je kind is. Maar er zijn wel degelijk dingen die jullie zelf, thuis, kunnen doen om op een positieve manier de invloed van kleuren, vormen en beelden te ervaren.
"Hij is zo ontzettend druk!"/ "Zoveel onrust, ze weet niet wat ze ermee moet"
Waarschijnlijk ben je dan op zoek naar oefeningen die een rustgevende werking hebben en wat meer begrenzen. Een stuiterbal direct achter een nat in nat schilderij zetten, is een beetje veel gevraagd. Maar begin eens met vormtekenen. Je sluit dan aan waar je kind is: in de beweging. Kies vormtekening met ronde oefeningen, zoals de lemniscaat. Misschien schiet je kind eerst een paar keer “uit de vorm”, maar lukt het na een tijd steeds beter om de vorm te volgen, om een ritme te vinden. Begin met warme kleuren (rood, oranje, geel) en ga dan over in koele kleuren (groen, blauw, paars). Daarna kun je langzaam over stappen naar rechtere vormtekeningen met hoeken, die wat meer aandacht en concentratie nodig hebben. Of, afhankelijk van wat je kind nodig heeft, ga je samen nat in nat schilderen.
"Ze voelt zich zo onzeker"/ "Hij zit zo in zichzelf opgesloten"
Misschien zou je graag willen dat je kind wat meer zelfvertrouwen heeft: gun je je kind dat zo. Om wat meer naar buiten te treden, op de voorgrond te staan, zichzelf te uiten, te staan voor waar het in gelooft, zichzelf durft te delen met de buitenwereld. Een introvert op een podium zetten, een microfoon in de handen duwen en roepen, “hup, vertellen maar!” heeft net zoveel zin als van een super druk kind eisen dat het direct rustig gaat zitten schilderen. Sluit aan bij die naar binnengeleerde belevingswereld. Begin met nat in nat schilderen: zachte kleuren, ronde, bewegende vormen, een dromerig landschap. Langzaam aan kun je de verf wat intenser maken (door minder water toe te voegen), samen wat scherpere en duidelijke vormen op te zoeken, te vragen naar voorkeuren (welke kleuren wil je gebruiken, wat wil je schilderen) of expressievere opdrachten te geven.
"Ze voelt zich zo eenzaam"/"Hij is eigenlijk gewoon heel bang"/ "Hij is gewoon zo verdrietig"
Als je denkt aan een heel kleine baby die bang is, zich alleen voelt of verdrietig is, dan is je eerste instinct om die baby op te pakken, vast te houden, te knuffelen. Het oerbeeld van de Maria met Jezus. Moeder met kind. Dat beeld zit zo ontzettend diep in ons collectieve bewustzijn gegroefd en is door en door helend. Een verdrietig, bang of eenzaam kind kun je omhullende, zachte en warme beelden aanbieden. Bijvoorbeeld een nat in nat schilder opdracht van een gezellige, warme grot. Aan de buitenzijde bruin, naar binnen toe bordeauxrood, warmer rood, een beetje oranje op de overgang naar het heldere, gele licht middenin de grot. Misschien brandt er een vuurtje, ligt er een zachte, warme mamabeer met haar kleine beertje te slapen. Na een tijdje kunnen jullie de grot vanuit het andere perspectief gaan schilderen: niet van buiten naar binnen kijkend, maar van binnen naar buiten. Wat zie je daar? Misschien wat lente-groen door de opening van de grot? Een klein lentebloemetje dat al bloeit? Weer een tijdje later durven de beren misschien wel naar buiten, kleine beer veilig samen met mamabeer, want ze zijn nu toch wel nieuwsgierig geworden! Hoe ziet dat schilderij eruit?
"Hij is zo boos, woedend eigenlijk"
Soms moet er eerst wat uit, voor er wat in kan. Er zit enorm veel kracht en schoonheid in expressionisme. Je hoeft maar naar de grootmeesters van het Expressionisme te kijken en je weet dat dit waar is: Erich Heckel, Otto Mueler, Emil Nolde, Franz Marc, Alexej von Jawlensky, Egon Schiele. Je kunt wel of niet van expressionistische kunst houden, maar dat het rijk is aan kwaliteiten is een onverwrikbaar feit. Je sluit aan bij een boos kind door het eerst (in een veilige en gecontroleerde kunstzinnige omgeving) de woede te laten uitleven: of dat nu krassen met krijt is, met acrylverf spatten op een groot papier of doek of met de vuisten stampen in de klei. Jullie kunnen daarna kijken naar wat er is ontstaan. Waar zit de schoonheid? Als je kind het zelf niet kan of wil zien, kun jij het highlighten. Bij de klei: “Kijk, dat lijken net bergen! Zouden er reuzen wonen?” Of in het schilderij: “Het lijkt net een woeste zee! Ik denk dat geen enkel piratenschip deze storm kan doorstaan, wat denk jij!” Of in de “kras-tekening: “Moet je kijken, er zijn allemaal verschillende vakjes ontstaan, tussen de lijnen! Zullen we ze samen inkleuren?” Voorzichtig kunnen jullie het werk samen omtoveren tot iets waar je kind trots op is.
"Ze voelt gewoon geen grenzen!"
Kinderen die geen grenzen (lijken te) voelen, verlangen er vaak diep van binnen heel sterk naar. Simpelweg omdat kinderen grenzen nodig hebben. Als ze ter wereld komen, vallen ineens de veilige grenzen van de baarmoeder weg. Ze komen in een koude, lege wereld terecht. Die leegte wordt als het goed is direct opgevuld met de warme, zachte armen en borst van mama: de nieuwe grens in de buitenwereld. Als je kind ouder wordt komen daar naast de stevige knuffels ook andere grenzen bij. “Stoppen bij de stoep”, “Één snoepje”, “Over een uur thuis zijn”. Deze grenzen laten aan je kind zien dat iemand om hem geeft: er is iemand die wil dat je stopt bij de stoep en niet zomaar de straat op rent, het gevaar in. Er is iemand die zoveel van je houdt dat hij/zij niet wil dat je buikpijn krijgt van teveel snoep. Er is iemand die op je wacht, als je de deur uit gaat en je verwelkomt als je na een uur weer thuis komt. Oprechte grenzen in de opvoeding zijn een essentiële uiting van liefde. In kunstzinnige opdrachten kun je grenzen aanbieden op tal van manieren. Bijvoorbeeld met vormteken-oefeningen (ook geschikt voor jongere kinderen) en met boetseren (vanaf een jaar of 7). Denk dan bijvoorbeeld aan rechte vormen: de kubus, de piramide, de balk, de kegel, de driehoekige en zeshoekige prisma (voor nog oudere kinderen).
"Hij is gewoon niet vooruit te branden!"
Een kind dat niet weg te krijgen is vanachter een scherm, vraagt iets anders dan “het superdrukke kind” uit het eerste voorbeeld. Dat “drukke kind” reageert op een prikkel van binnenuit, eventueel versterkt door prikkels van buitenaf. Het aan het scherm gekluisterde kind dat niet vooruit de branden is, reageert in eerste instantie op een prikkel van buitenaf. “Aansluiten bij waar je kind is” geldt in dit geval niet of nauwelijks. Schermen uit, dat ten eerste en direct. Hier geldt absoluut dat een oprechte grens een liefdevolle grens is. Uren TV kijken of computerspelletjes spelen heeft weinig met liefdevol opvoeden te maken: game verslavingen zijn net zo destructief en gevaarlijk als wiet- of alcohol verslavingen. In feite is iedere activiteit die niet met dat scherm te maken heeft, een stap in de goede richting. Als die stap een naar buiten is, de natuur in, des te beter. Buiten dingen natekenen bijvoorbeeld: planten, bloemen, mensen, huizen, gebouwen. Maar ook binnen valt er veel te bedenken. Een kind dat veel computerspelletjes speelt kan die fantasie ook op een gezonde manier uitleven, bijvoorbeeld door fantasiefiguren te tekenen of (strip)verhalen te schrijven.
One thought on “De invloed van kleuren, vormen en beelden op kinderen”