Tot ongeveer een maand geleden zag mijn kleuter niet bewust huidskleur. Kinderen kunnen al op zeer jonge kleur huidskleur zien (al vanaf dat ze baby zijn), maar het duurt even voordat die waarneming bewust wordt. Isaya zei begin vorige maand ineens over haar beste vriendin, met wie ze al bijna 3 jaar bevriend is: “(..) heeft een bruine huid.” Ze zei het op dezelfde toon als dat ze zou zeggen: ” (..) heeft een nieuwe fiets.” Een week later “ontdekte” ze met hetzelfde enthousiasme dat een van haar andere beste vriendinnen, met wie ze al twee jaar speelt ook een bruine huid heeft. Ik moet eerlijk zeggen dat ik even schrok (en daar ben ik niet trots op, dus ik geef het maar eerlijk toe – je kunt meer eerlijkheid verwachten in deze blog). Ik besloot met haar te praten over huidskleur en later ook over racisme.
De mevrouw met krulletjes
Isaya had haar bff’s al een hele tijd niet gezien, vanwege de coronacrisis, dus dat ze een andere huidskleur hadden dan zijzelf was echt iets dat ze zich ineens realiseerde, omdat ze er blijkbaar bewust over aan het nadenken was. Ze omschreef (en omschrijft) kinderen, volwassen, personages in boeken en haar poppen altijd op basis van andere uiterlijke kenmerken dan huidskleur. Meestal kijkt ze naar haren. Bijvoorbeeld “die mevrouw met dezelfde krulletjes als tante (..)” of “dat meisje met dezelfde kleur haar als ik”. Of “de kleine pop” of “de zachte pop” als het gaat om een van haar poppen met een bruine huid. Ze kan net zo goed over een zwart meisje met kroesharen in een voorleesboekje zeggen “dat ben ik” als over een wit meisje met blond haar. Het ligt er maar aan wie de mooiste jurk aan heeft. Ik zeg zelf ook nooit “die zwarte man” als ik het over iemand op straat heb. Ik zeg ook niet “die witte vrouw”. Ik zie natuurlijk wel huidskleur, ik ben niet kleurenblind, maar ik vond het – opgroeiend op Curaçao – nooit leuk als mensen mij aanspraken op of in een hokje plaatsten op basis van mijn huidskleur. Dus op zich verbaasde het mij niet dat ze mensen niet omschreef op basis van hun huidskleur.
Maar het betekende ook dat ik dus eigenlijk nooit over huidskleur praatte, in ieder geval niet waar zij bij was.
Ze kan ons toch niet verstaan
Ik herinner mij nog heel goed het moment dat ik mij realiseerde dat ik een andere huidskleur had dan de meeste kinderen in mijn klas op Curaçao. Ik was een jaar of 7 (ik zat in de 2e klas) en een meisje zei, over mij, in het Papiamentu tegen haar vriendin: “ze kan ons toch niet verstaan”. Ik kon haar wel verstaan en was helemaal in de war. In alle herinneringen die ik daarvóór heb van mijn jeugd – bijvoorbeeld juffen op de kleuterschool of 1e klas, vrienden van mijn ouders of vriendinnetjes – heb ik geen herinnering van huidskleur. Het duurde zelfs jaren voordat ik mij bewust realiseerde dat mijn beste vriendin een zwarte mama had. Ik zag het wel (neem ik aan), maar het kwam totaal niet in mij op om daar bewust over na te denken, laat staan er iets van te denken of het te benoemen. Ik dacht dus bij Isaya altijd “het komt vanzelf wel”.
Praten met je kind over huidskleur
Maar door de gebeurtenissen in de States en de daaropvolgende protesten ben ik meer gaan lezen over racisme en de opvoeding van kinderen. In de artikelen die ik las werd steeds weer gezegd dat het belangrijk is om op jonge leeftijd met kinderen te praten over huidskleur, uiteraard aangepast op de leeftijd van je kind. Ik had dit nooit gedaan met Isaya, om dezelfde reden dat ik nooit aan haar heb verteld dat ze geen papa, maar twee mamas heeft – totdat ze zelf tot die conclusie kwam. Toen ze vragen begon te stellen ben ik uiteraard met haar in gesprek gegaan en heb ik uitgelegd hoe de vork in de steel zit. Ik heb altijd aangesloten bij waar ze is in haar ontwikkeling en bewustzijn. Uiteraard heeft ze wel altijd rijkelijk diverse voorleesboeken en poppen met verschillende huidskleuren gehad en koos ze zelf altijd vriendinnetjes uit met allerlei soorten nationaliteiten en huidskleuren. Maar door de protesten die volgden na de moord op George Floyd realiseerde ik mij dat het niet genoeg is. Uit onderzoek blijkt dat kinderen, met wie op jonge leeftijd al wordt gesproken over verschillen van huidskleur, minder vooroordelen hebben.
Wit privilege, racisme, angst en onwetenheid
Hoe meer ik erover lees, hoe meer ik mij realiseer dat het ook een uiting van witte privilege is: je niet genoodzaakt voelen of niet genoodzaakt zijn (bijvoorbeeld omdat je wordt gediscrimineerd) om met je kind te praten over huidskleur. Ik realiseerde mij ook dat ik praten over huidskleur oncomfortabel vind, omdat ik bang ben dat als een verschil wordt benoemd, er opeens iemand niet meer bij hoort. Die ander, of ik, dat verschilt per situatie. Maar ik realiseerde me ook dat met je kind praten over huidskleur en racisme niet gelijk staat aan iemand op straat of een vriendin omschrijven op basis van zijn of haar huidskleur. Het betekent gewoon dat je praat over verschillen en overeenkomsten. Ik deel deze realisaties, mij ten volle bewust dat het een duidelijk beeld tekent van mijn eigen onwetenheid, witte privilege en het werk dat ik zelf nog heb te doen, als het gaat om racisme en vooroordelen. Ik deel ze eerlijk, in de hoop dat het jou helpt om ook eerlijk naar je eigen gedachten, gevoelens en gedrag te kijken.
In gesprek met mijn kleuter over huidskleur en racisme
Ik ben het gesprek dus maar gewoon aangegaan met mijn bijna 5 jarige kleuter- allereerst toen ze tot “haar conclusie” kwam over haar bff’s:
“Ja, inderdaad! Sommige kinderen en grote mensen hebben een licht bruine huid, sommigen een donker bruine huid of een zwarte huid, sommigen een hele witte huid. Net als de kippetjes die we laats zagen in het park – allemaal een andere kleur en ze lagen zo gezellig tegen elkaar aangepropt. Mooi hé, al die verschillende kleuren? En jouw huid, welke kleur heeft jouw huid? En hebben jij en ik dezelfde huid?” (“Nee mama, jouw huid is bruiner en je hebt zonnevlekjes. En rimpeltjes.” – okay, thanks love)
En twee weken geleden nog een keer over racisme, toen ze ons veel hoorde praten over de gebeurtenissen in Amerika, de protesten en de tekortschietende reactie van Rutte. We hebben in principe een regel om niet over zware onderwerpen te praten waar ze bij is, omdat ze zo gevoelig is, alles opvangt en over alles meedenkt. Maar we spraken er veel over, omdat het ons ontzettend bezig hield (en houdt). Isaya pikt emoties altijd haarfijn op, dus ik wist dat ik met haar moest praten. Ik heb toen een zo simpel mogelijk gesprek gevoerd met haar over racisme:
“Er zijn mensen die onaardig doen tegen mensen met een bruine huidskleur. Een iemand had zelfs een meneer met een bruine huid heel erg veel pijn gedaan, waardoor hij overleed [we praten vrij over dood en leven]. Daar is iedereen heel erg verdrietig en boos over. Alle mensen zijn bijzonder en alle mensen verdienen liefde – weet je nog het verhaal van de Samaritaan in de bijbel? Het maakt niet uit welke huidskleur je hebt of hoe je eruitziet. We moeten proberen om tegen alle mensen aardig te zijn.”
Ik ben de eerste die toegeeft dat er wat akelige haken aan deze uitleg zitten. Ten eerste leef ik zelf niet vanuit de overtuiging dat alle mensen liefde verdienen – in ieder geval niet van mij – en ten tweede vind ik niet dat mijn dochter tegen iedereen aardig moet zijn. (Sorry, maar er zijn zoveel verschrikkelijke mensen op deze aarde waar ik niet verlicht genoeg voor ben.) Ik struikelde ook maar wat over mijn woorden en gevoelens van woede en verdriet. Een Amerikaanse moeder die ik ken via Instagram kwam met een betere uitleg voor haar kleuter:
“Stel je voor dat alle kinderen met blauwe ogen wel van de juf mogen buiten spelen, maar de kinderen met groene ogen moeten binnen blijven. Is dat eerlijk? En stel je voor dat alle kinderen met een witte huid wel een snoepje mogen en kinderen met een bruine huid niet? Is dat eerlijk?”
Wat dan volgt is dan een heftig nee schudden met grote ogen, want als je 4 bent, is iemand verbieden om buiten te spelen & snoep te eten natuurlijk een Groot Verraad. En dan kun je uitleggen dat er mensen zijn die dit doen en dat we daar heel boos en verdrietig van worden, want (God houdt van alle mensen/ vul in wat bij jouw levensovertuiging past).
Isaya begreep het hoe dan ook en zei: “net als dat sommige mensen niet goed voor de aarde zorgen”. Een zucht van verlichting slaakte ik.
“Ja, lief, inderdaad. Net als dat sommige mensen niet goed voor de aarde zorgen, zorgen sommige mensen niet goed voor elkaar. En daar moeten we altijd wat van blijven zeggen. Daarom zijn mensen aan het protesteren. Jij kan ook protesteren. Als je een kindje iets gemeens hoort zeggen over een ander kindje, bijvoorbeeld over zijn huidskleur, moet je dat altijd tegen juffie zeggen. Wees dan lief voor het kindje en zoek een juffie op of vertel het tegen mama.”
Hooggevoeligheid en praten over racisme
Een deel van mij wil het helemaal niet over racisme hebben met mijn hoog gevoelige, pientere kind. Als ze plastic op straat ziet liggen, vraagt ze zich af waarom mensen dat toch doen. Als ze ons zachtjes hoort praten over een familielid dat ziek is, duikt ze gelijk achter haar tekentafel om een tekening te maken voor de persoon in kwestie. Als er bloemen in haar bloementuintje doodgaan, vallen er echte tranen. Mijn kind is heel gevoelig en kan the weight of the world snel op haar schouders nemen. (Echt géén idee van wie ze dat heeft…) En ik weet dat ze ook dit in haar hart zal opnemen, erover na zal denken en ernaar zal handelen.
Een onderwerp waar we thuis in zijn
Ik zal haar erin blijven begeleiden. Ervoor zorgen dat het niet te zwaar op haar schouders drukt. Zoals ik doe met milieuvriendelijk leven bijvoorbeeld: ik vertel haar niet over de ernstige gevolgen van klimaatverandering – ik vertel haar dat we goed voor de aarde moeten zorgen, omdat de planten en de dieren zo ontzettend mooi zijn en onze liefde nodig hebben. Het enige dat ik eraan vast hoef te plakken is: en de mensen. En de mensen zijn zo ontzettend mooi.
En net zo divers als de rest van de natuur. In de natuur is (bio)diversiteit ontzettend belangrijk. Binnen een eco systeem is alles met elkaar verbonden, maar ook al die verschillende eco systemen zijn met elkaar verbonden en voor overleving van elkaar afhankelijk. De bedreiging van één soort is een bedreiging van alle soorten. Met mensen is het niet anders. We zijn onderdeel van de natuur. Zoals Michelle Obama zegt: een aanval op een van ons, is een aanval op ons allemaal.
Het grote hart is er nu eenmaal
Ik realiseer me na deze zoektocht, door onderzoeken, de ervaringen van andere moeders (zwarte mamas en witte mamas) en mijn eigen ziel, dat niet praten over huidskleur en racisme niet de juiste keuze is. Ik pak het gesprek daarom zo nu en dan weer op, bijvoorbeeld naar aanleiding van boeken die ik voorlees aan haar of situaties die zich voordoen in het dagelijks leven. En ik blijf aansluiten bij de wijze lessen die de natuur ons leert.
Isaya heeft dat enorme hart gekregen. Het is er nou eenmaal. Het is iets moois en het is iets moeilijks. Het is mijn taak als moeder om het te beschermen, maar ook om het te voeden, te begeleiden en te onderwijzen, zodat ze het later kan inzetten om het goede in de wereld te beschermen en het kwade te bestrijden. Want hoe meer je je hart kunt inzetten om iets te doen voor de planeet en haar bewoners, hoe minder zwaar de last ervan wordt en hoe meer je de schoonheid kunt zien en ervaren.
Hai Kari, wat een goede column! Mijn vriend, die net als jij van Curaçao komt (maar wel een donkere huidskleur heeft) en ik (als witte vrouw) hebben vaak gesprekken over hoe we dit onderwerp gaan uitleggen aan ons zoontje, die nu 14 maanden oud is en een lichtdonkere huidskleur heeft.
Ik vind het voorbeeld van het wel of niet buitenspelen of een snoepje krijgen heel goed en handig, dat gaan we zeker ooit gebruiken. Heel goed ook dat je, juist als witte moeder, dit onderwerp bespreekt met jouw kinderen. Vaak denken we: laten we het er maar niet over hebben, dan zal het wel goed komen. Maar kinderen krijgen onbewust al zoveel stereotyperende beelden te zien dat het goed is dat wij als ouders o.a. racisme benoemen en uitleggen waarom het niet goed is.
Bij toeval kwam ik op jouw site terecht, maar ik ben nu al fan 🙂 ook van jouw milieubewuste opvoeding en de tips en verhalen die je daarover schrijft. Ik blijf je volgen!
ben er helemaal weg van!